Huanchaco - Huascaran parque nacional - Huaraz en Caraz, wandelen en vacita´s (koeien)
Huanchaco is een heerlijk relaxed dorpje aan de kust voor Trujillo om een beetje te hangen en vooral niet teveel te doen. We hangen er 10 dagen rond, waarin we onder andere falafel eten bij de Nederlandse buurman van ons hostel, die vier jaar geleden hier een tentje gestart is; met de gammele busjes bezoeken we verschillende oude sites in de buurt, zoals Chan-Chan (de oude hoofdstad van de Chimu:http://whc.unesco.org/en/list/366), Huaca de la Luna en Huaca del Sol en Huaca del Brujo (Huaca betekent tempel in het quechua). De rest van de tijd vullen we met lezen, koffie en biertjes drinken en ´pai de limon´ eten (vooral Rens is om onverklaarbare wijze verzot geraakt op dit suikerzoete taartje en bestelt het overal en elke dag). Rob probeert nog om te zwemmen in de zee, ondanks dat die er vrij ruig uitziet en komt er half verzopen en met zeer ernstige schaafwondjes aan zijn enkels weer uitgestrompeld. Rens heeft al die tijd heel bezorgd vanaf het strand staan toekijken, ook heel belangrijk natuurlijk. Misschien dat er daarom zoveel surfers zijn en eigenlijk geen zwemmers, de golfslag is te heftig. Het is hier wel een beetje een surfdude, blonde lokken en blote bruine bastjes sfeertje. Ach, alles went. We ontmoeten hier ook Gaby en Hiske, een Nederlands stel die op 10 minuten van ons in Amsterdam blijken te wonen.Hoe bedoel je kleine wereld?Zij staan ook met hun tentje op camping Naylamp, een enorm uitgestrekt gebouw met terrassen en tuinen, verscholen achter een kleine facade. Toen we aankwamen met de taxi dachten we niet dat er een camping zou kunnen bestaan achter die glazen deur. De camping is mooi, met veel groen, veel vogeltjes en lekker rustig (totdat de engelse feestgangers aan de slag gaan en Rob weeer moet gaan zeggen dat ze stil moeten zijn, naar bed gaan, in de eigen kamer of liever nog, in de stad moeten gaan feesten), maar goed klagen is gezond!
Wat ook heel mooi is zijn de pelikanen die laag over de zee zweven en af en toe zichzelf laten bewonderen op het strand. Hier heb je ook de vissers met de totori rieten bootjes, die ze hier ´tub´ noemen. Volgens Rob praktisch dezelfde bootjes die de mensen op het Titicacameer gebruiken.
Na tien dagen wordt het tijd om door te gaan en ook weer tijd voor het serieuze wandelwerk. We gaan naar Huaraz, uitvalsbasis voor wandelingen in de Cordillera Blanca. Met de nachtbus komen we vroeg aan en worden opgewacht in een hostel door Muriel, een dame die we hebben leren kennen in Vilcabamba, Ecuador. Het hostel is goedkoop en de kamer is donker, daar is het wel mee gezegd. Verder lijkt het een gebruikershol te zijn. Argentijnse, vage types drinken zich het apelazarus, slapen overdag hun roes uit en zitten half wat te knutselen aan lelijke ijzeren, tja, wat zijn het...die ze dan gaan verkopen aan lui op straat. Rob krijgt een bijzondere goedemorgen waarbij zijn hand aan het voorhoofd van de rastafari´s wordt gekleefd en in onbegrijpelijk Spaans wat wordt gebrabbeld, gelukkig ook met heel geruststellende wapperende armgebaren. Jellinek revisited. Verder wordt er cocaine gescoord (´nee, dankje, heel vriendelijk, maar vanavond hoeven we even geen coke´), wiet gerookt en lekker gedronken. Wij drinken lekker mee, maar dan kruidenthee. Door de hoogte is iedere lust in alcohol ons wat vergaan. Thuis maar weer oefenen. Muriel gooit er nog een spitirueel sausje overheen door ons te vertellen wat onze maya energie is en onze missie in het leven. Dat is altijd fijn om te horen. Rob moet iets met intuitie, Rens moet nog iets vagers doen met de koers van de aarde en verschillen overbruggen. We zouden dit doel dan zelf ook nog eens gekozen hebben voor we werden geboren. Het zijn prachtige missies, alleen jammer dat we het helemaal niet begrijpen wat we nu precies moeten doen. Gelukkig kan Muriel ook knippen en knipt ze in Rens zijn wilde lange lokken een mooie boblijn.
Huaraz is een drukke hub, met als grote pluspunt Cafe Andino. De beste koffie sinds tijden en de bananen pannenkoek met stroop wordt veelvuldig door ons besteld. De lokale markt is ook leuk en het heeft van alles: ook hele dode, stinkende varkens, kippen, cavia´s, konijnen, hamsters.....een paar keer gaan we bijna over ons nek. Dit is echt de hel op aarde voor vegetariers. Wel scoren we goede pindakaas.
We ontmoeten Gaby en Hiske weer en met hen hebben we twee gezellige dagen. We bezoeken Chavin de Huantar en doen een wandeling naar Laguna 69, maar het regent en wordt steeds slechter weer, zodat we halverwege weer keren. Met wolken zijn de meren en bergen toch niet mooi.. Deze laatste dag sluiten gezellig af met een etentje, hoewel Rob na een goede kotspartij met knallende hoofdpijn op bed ligt, waarschijnlijk door de inspanning en de hoogte Na enkele dagen schreeuwend knallend toeterend Huaraz wordt het tijd voor wat rustigers en we vertrekken naar Caraz, een plaatje op anderhalf uur van Huaraz. We kamperen bij Los Pinos, om na enkele dagen naar Laguna Paron te vertrekken waar we kunnen wandelen en kamperen. Met tig kilo sjokken (Rob huppelt, Rens sjokt) we weer een vallei omhoog, om uiteindelijk schitterend zicht te krijgen op het azuurblauwe meer. We wandelen de volgende dag naar de andere kant van het meer, waar we vergezeld worden door een 20 tal koeien die heel intens kunnen staren. Twilightzone! The return of the killer cows! We vragen ons af waarom ze doen zoals ze doen, nieuwschierigheid? De dag erna wandelen we naar de gletsjer van de Artesonraju (bergtop) op zo´n 5000 meter hoogte. Het beeld van de Artesonraju zou gebruikt worden in het logo van paramount pictures. Het weer is prachtig, de uitzichten ook. Opvallend zijn de paar gedenkstenen / altaartjes die zijn gemaakt voor klimmers die de klim niet hebben overleefd). We verheugen ons op onze pasta´s, maar als we terugkomen bij de tent, blijkt die vervolgens gemold te zijn door....de koeien. Wat een enorme slopers zijn dat. In de zoektocht naar eten zijn ze grondig tekeer gegaan en zit er een paar grote japen in de buitentent en nagenoeg al het eten is op, platgetrapt of ondergescheten. Een avondje droog brood dan maar. Sindsdien kijken we anders naar de dames. Helaas moeten we wel de volgende dag weer terug naar Caraz omdat je zonder eten niet kan hiken en we zijn het gestaar van de koeien zat. We worden wel steeds beter in koeien wegjagen, dus mocht er thuis geen baan te vinden zijn dan kunnen we altijd nog herder worden. Rob ontdekt de kwade genius in een magere rooie koe, als zij komt dan volgt de rest van de biafrakoetjes, niks zielig, het is een bitch! Later melden we het wel bij de touristinfo in Caraz; de koeien blijken bezit van de Paron-communidad en het probleem schijnt bekend te zijn maar niemand waarschuwt de hikers. De show must go on, en niks mag de geldmachine natuurlijk in gevaar brengen.
Terug in Los Pinos gaan we helemaal los; we gaan lekker rielekst lezen en internetten op de Iphone, de muziek zetten we maar even uit. Heerlijk. Genoeg prikkels gehad de laatste tijd. Het schoonmaak- / bedienmeisje komt binnen en zet de muziek weer aan. Het volgende gesprekje ontvouwt zich:
wij: mag de muziek uit, we willen graag wat lezen in stilte
zij: dat kan niet
wij: waarom dan niet?
zij: de andere gasten willen graag de muziek aan hebben
wij: waar zijn dan de andere mensen? (de ruimte is verder leeg)
zij: nu niet, maar straks zijn er wel mensen
wij: maar hebben ze je dan gevraagd of je de muziek nu wil aanzetten?
zij: stilte...
wij: wat is nou eigenlijk je probleem?
zij: stilte.....
Doeidoei mevrouw. Uiteindelijk winnen wij, maar niet zonder een ruziesfeertje en mevrouw lijkt ook helemaal ontdaan te zijn van ons verzoek. Een uurtje zonder keiharde muziek dat kan toch niet?! Zo hebben we vaker woorden met Los Pinos. Eerst mogen we wel kamperen, maar als we na Paron terugkomen, mag het weer niet. Als de douche alleen maar koud water geeft, dan is dat maar jammer, ooh nee, een andere douche gebruiken kan niet, want alle kamers zijn bezet. Al de dagen dat we er zijn zijn alle kamers bezet, maar komen we gek genoeg bijna nooit iemand tegen. Dat geeft wel ruimte voor grappen. ´He wat vervelend weer he die massa´s mensen voor je deur´. Leuk hoor die totaal onlogische discussies met de lokale bevolking.
Na Paron doen we de Santa Cruz trek, heel beroemd om zijn waanzinnige uitzichten en mooie meren. We hebben de tent laten repareren, dus dat geeft moed, hoewel na de eerste nacht de tent alweer open blijkt te liggen (de lijm houdt niet). Er was sprake van twee landslides in februari, zo werd gezegd, dus her en der zou het pad wat moeilijk zijn, maar ondertussen wel begaanbaar. Als we de lange eerste dag omhoog klauteren blijkt dat er niet twee kleine landslides zijn geweest, maar een megavloed die alles op z´n weg heeft verwoest: er is duidelijk tot een meter boven de watergrens van de rivier een modderspoor te zien; het meer is nu een modderkleurige poel en we moeten langs een klif klauteren en over riviertjes onze weg zien te springen. Na de verwoesting volgt een mooi pad naar een pas op 4750 meter hoogte met onderweg mooie kampeerplekjes. Helaas loopt er overal veestapel, dus is het baggeren door (koeien)poep. We gaan zo langzaam als slakken de berg op, niks geen last meer van hoogteziekte en we eten ibuprofen voor ontbijt, wat echt lijkt te helpen! Onderhand ontwikkelen we een frisse afkeer van koeien, paarden en ezels (waarvan er eentje het zelfs waagde om te knabbelen aan Rob zijn petje!) en de troep die uit hun achterste naar beneden op het pad valt. We komen een aantal groepen tegen die met ezeltjes de hike doen; de ezeltjes dragen alle bagage, dus dat is voor de watjes. We ontmoeten ook nog Natalie en Toby, twee duitse verpleegkundigen, met wie we een kampvuur maken en een heel leuke avond doormaken onder de prachtige sterrenhemel. We krijgen van hun ontbijt en allemaal lekkers wat zij toch niet meer gebruiken. Hoera voor een duits ontbijtje!
Na de laatste ruzie bij Los Pinos (de beheerster zegt: we hebben alleen een duurdere kamer, want de rest zit vol) vertrekken we met de bus naar Huaraz, ontmoeten daar nog Jess en David, die we in Quito hadden ontmoet, eten een banana pancake bij Andino´s en vertrekken de volgende dag naar het kustplaatsje Barranca, vanwaaruit we Caral willen bezoeken.
Reacties
Reacties
Hallo! Ik ben helemaal sprakeloos van jullie reisverslag en dan nog die prachtige foto's. Het is enorm inspirerend ! Reizen jullie lekker verder ! X
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}