Ecuador
Op 27 februari landen we 's avonds in Santiago vanuit Rapa Nui. De 28e om half 10 in de ochtend hebben we een vlucht naar Quito, Ecuador. Hoewel we in eerste instantie een hotelkamer wilde nemen bij het vliegveld vonden we 200 dollar voor een paar uur slapen toch wel erg veel. Een nacht op het vliegveld slapen dan maar. Matje opblazen, slaapmaskertje op en in ploegendienst slapen. Tis best te doen.
Op naar Quito op 3000 meter hoogte. Vanwege de hoogte is het wennen; bij de minste inspanning raak je kortademig, krijg je een wat licht gevoel in het hoofd en worden we soms wat misselijk. We besluiten een week te crashen in Quito om te acclimatiseren en om wat Spaans te leren. Het hostel waar we verblijven is prettig, met leuke mensen en uiteraard ook enkele gekkies. We zullen hier niet nog eens uitgebreid over vertellen, maarruh, we zijn erachter dat het eigenlijk helemaal niet raar is, wanneer jij lekker rielekst aan het lezen bent, er vervolgens een wekkie luidkeels in het Hebreeuws gaat lopen skypen met thuis. Quito: leuk, stads, lawaaiig en stinkend naar uitlaatgassen. Heel fijn is ook de gewoonte hier om overal een alarm aan vast te plakken; mensen waarschuwen constant voor berovingen en overvallen (maar ons is niets overkomen). Je moet zo´n alarm eens horen om er echt van te kunnen genieten, en niet 1 keer maar liefst honderdduizend keer..... enne, had ik al verteld over de volcontinublaffendewaakhonden?
We beginnen met Spaanse lessen. Rob heeft een pittige lerares die heel snel spreekt (maar wat Rob, talenwonder als tie is, goed kan volgen). De leraar van Rens praat heel langzaam waardoor Rens zich een beetje zwakbegaafd gaat voelen. Desalniettemin spreken we na 7 dagen les toch een aardig woordje, of in ieder geval een woordje genoeg om te vragen hoeveel iets kost en dan ook het antwoord te begrijpen. Das ook wat waard. Het spaans heeft trouwens twee tijden meer dan het nederlands....
Na anderhalve week van smog en rumoer vertrekken (of vluchten, tis maar hoe je er naar kijkt) we naar een naarbij gelegen, indiginas, marktplaatsje, Otavalo, voor de relatieve rust en de frisse lucht. We verblijven bij het prachtige hostal La Luna, waar we onze tent opzetten met uitzicht op het dal. De eigenaar is top. Alleen een slissende Ecuadoriaan om je Spaanse luistervaardigheden op te oefenen werkt niet zo. We bezoeken de lokale markt, bekend vanwege doeken van Alpacawol. We dingen af in ons beste Spaans. Iedereen weet al welke prijs het gaat worden (preco special, very nice colours, ojajoh?), maar laten we daar eerst nog eens een half uur over bakkeleien. Een wandeling naar drie hoger gelegen kratermeren beneemt ons letterlijk de adem....4000 meter hoogte en stijgen, tis wat. Rob mag van Rens niet meer zeggen dat hij het jammer vindt dat er overal afval wordt neergegooid (na het al 100 keer te hebben gezegd).... vuilnis wordt hier namelijk cultureel heel anders beleefd.
Reacties
Reacties
Aaahhh jongens, ik ben heel trots op jullie. Just like me in my Unicef years. All around the world singing and heling little children. Hoe gaat het toch met jullie spaans? Wie waren de gekkies in de hostel in Quito? We willen graag foto's. Toetilidoei en niet vergeten...
Only love can make a memory!
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}